In dit kleine rode huisje boven op de berg woont Mimi. Mimi is een heksje met een echte heksenhoed en een echte heksenbezem. Ze kan al goed vliegen, maar toveren lukt nog niet.
Vandaag wil Mimi helemaal naar de maan vliegen. Zo hoog is ze nog nooit geweest. Hoe hoger Mimi vliegt, hoe kouder het wordt. Daarom draagt de maan natuurlijk altijd een muts.
Mimi bibbert van de kou. Had ik ook maar zo'n lekker warme muts, denkt ze. Misschien kan ik de muts even opzetten. De maan is toch aan het slapen.
Dat mag natuurlijk niet. Maar Mimi doet het toch. Voorzichtig trekt ze aan de muts. De maan voelt niets en slaapt gewoon verder.
Mimi zet de muts op haar hoofd. De muts is lekker warm. Vrolijk schudt Mimi haar hoofd heen en weer. En dan glijdt de muts langzaam weg.
...en valt helemaal naar beneden. Mimi kijkt geschrokken toe. Dan pas ziet ze hoe hoog ze zit. Ze durft niet meer naar beneden te vliegen.
'Help!', roept Mimi. 'Help!' Maar niemand kan haar horen. Niemand, behalve de maanvogel. 'Klim maar op mijn rug en houd me goed vast, dan breng ik je naar beneden,' snatert hij.
Als Mimi beneden is, vliegt de maanvogel meteen weg. Mimi zwaait en zegt: 'Dag maanvogel, dank je wel.' En dan vindt ze de muts van de maan.
Mimi wil de muts wel terugbrengen, maar zo hoog vliegen durft ze niet meer. En de maanvogel is allang gaan vliegen. Samen met bobo de poes zoekt ze haar mooiste doos.
Mimi zal de muts van de maan goed bewaren. En als ze weer heel hoog durft te vliegen, brengt Mimi de muts terug. Echt waar!
Als je 's avond voor je gaat slapen door het raam kijkt, kijk dan eens of de maan weer zijn muts op heeft. Dan weet je of Mimi de muts al heeft teruggebracht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten